Arm spaargeld
Armoede in Nederland staat volop in de belangstelling. Ik weet niet zo goed wat ik daarmee aan moet. Nu heb ik natuurlijk makkelijk praten met mijn baan, na een universitaire studie. Maar ik sluit me bij Zalm aan: armoede is een relatief begrip. Vaak is het niet zozeer het gebrek aan geld, maar het gebrek aan eigenwaarde en zelfredzaamheid dat ‘arme’ mensen parten speelt. Veel armoede wordt veroorzaakt doordat mensen zich gigantisch in de schulden steken. Daar kan het stempel armoede weinig aan veranderen. Wél uitzicht op werk, voelen dat jij nuttig bent voor de maatschappij.
Echte armoede kennen ze in Derdewereldlanden. Dacht ik tenminste, totdat ik in Elsevier de uitspraken las van Arthur Arnold, bestuursvoorzitter van ontwikkelingsbank FMO. Ontwikkelingslanden kunnen beter eigen spaarmiljarden inzetten dan lenen van het Westen, zegt hij. Armen sparen zelf ook en dat maakt het mogelijk microkredieten met lokaal geld te financieren.
Mensen in ontwikkelingslanden bewaren hun spaargeld onder het matras, of in een doos in de tuin. In sommige gemeenschappen is er een gezamenlijke pot waaraan mensen doneren. Al dat geld circuleert dus niet in de officiële economie. De bedragen kunnen behoorlijk oplopen. Voor Vietnam is de schatting dat er 2,5 miljard euro onder het matras ligt. Vanuit het Westen maken emigranten jaarlijks zo’n 125 miljard euro over naar familie en kennissen in ontwikkelingslanden. Arnold: “Stel dat er van dat bedrag zo’n 20 procent wordt gespaard, dan kom je al op een veelvoud uit van de 10 miljard euro aan microkrediet die wereldwijd uitstaat. Het zou me niet verbazen als het totaal aan besparingen van armen groter is dan de 50 miljard euro die jaarlijks door overheden wordt besteed aan ontwikkelingshulp.”
Voordat het zover is, moet er nog wel wat gebeuren. In die landen ontbreekt een betrouwbare financiële sector. Banken zijn niet te vertrouwen of arme mensen hebben geen toegang. Daarom wil de FMO plaatselijke banken tijdelijk steunen met leningen, garanties, of door aandeelhouder te worden. Zo kreeg FMO in Cambodja voor elkaar dat de spaartegoeden bij een plaatselijke bank in anderhalf jaar tijd verviervoudigden. “Voor elke euro buitenlands geld, mobiliseerde die bank 4 euro binnenlands spaargeld. Zo maak je jezelf in korte tijd overbodig en dat is het best denkbare resultaat.”
Mij klinkt dit prima in de oren. Banken in ontwikkelingslanden ondersteunen om microfinanciering in eigen land mogelijk te maken. Een mooie manier om de zelfredzaamheid van armen te verbeteren.
Echte armoede kennen ze in Derdewereldlanden. Dacht ik tenminste, totdat ik in Elsevier de uitspraken las van Arthur Arnold, bestuursvoorzitter van ontwikkelingsbank FMO. Ontwikkelingslanden kunnen beter eigen spaarmiljarden inzetten dan lenen van het Westen, zegt hij. Armen sparen zelf ook en dat maakt het mogelijk microkredieten met lokaal geld te financieren.
Mensen in ontwikkelingslanden bewaren hun spaargeld onder het matras, of in een doos in de tuin. In sommige gemeenschappen is er een gezamenlijke pot waaraan mensen doneren. Al dat geld circuleert dus niet in de officiële economie. De bedragen kunnen behoorlijk oplopen. Voor Vietnam is de schatting dat er 2,5 miljard euro onder het matras ligt. Vanuit het Westen maken emigranten jaarlijks zo’n 125 miljard euro over naar familie en kennissen in ontwikkelingslanden. Arnold: “Stel dat er van dat bedrag zo’n 20 procent wordt gespaard, dan kom je al op een veelvoud uit van de 10 miljard euro aan microkrediet die wereldwijd uitstaat. Het zou me niet verbazen als het totaal aan besparingen van armen groter is dan de 50 miljard euro die jaarlijks door overheden wordt besteed aan ontwikkelingshulp.”
Voordat het zover is, moet er nog wel wat gebeuren. In die landen ontbreekt een betrouwbare financiële sector. Banken zijn niet te vertrouwen of arme mensen hebben geen toegang. Daarom wil de FMO plaatselijke banken tijdelijk steunen met leningen, garanties, of door aandeelhouder te worden. Zo kreeg FMO in Cambodja voor elkaar dat de spaartegoeden bij een plaatselijke bank in anderhalf jaar tijd verviervoudigden. “Voor elke euro buitenlands geld, mobiliseerde die bank 4 euro binnenlands spaargeld. Zo maak je jezelf in korte tijd overbodig en dat is het best denkbare resultaat.”
Mij klinkt dit prima in de oren. Banken in ontwikkelingslanden ondersteunen om microfinanciering in eigen land mogelijk te maken. Een mooie manier om de zelfredzaamheid van armen te verbeteren.
2 Reacties:
Ja ja ja! Laten we het daar gewoon over eens zijn.
Voor wie geïnteresseerd is in dit onderwerp wil ik graag het boek "The Mystery of Capital" van de Peruaanse economie-filosoof Hernando de Soto aanbevelen.
De armoede in ontwikkelingslanden wordt volgens hem vooral in stand gehouden door het feit dat het merendeel van de economie informeel is. Als jij een ècht bedrijfje dat zich aan de regels houdt wil zijn, loop je tegen zoveel bureaucratie op (het duurt in Mexico ongeveer een jaar om een bedrijf op te richten - hier in Nederland een ochtend) dat niemand het doet.
Als je geen officieel bedrijf hebt, kan je echter ook niet naar de bank voor een lening.
Zo zit het ook met eigendomsrecht. Van elke vierkante cm in Nederland is duidelijk van wie hij is, maar als jij in Somalië je huis wilt verkopen moet je eerst getuigen vinden die willen verklaren dat jij daar al tijden woont. Ligt verder nergens vast. Je kan er dus ook veel moeilijker een hypotheek op nemen om je bedrijfje te financieren. Fascinerende literatuur voor iemand als ik, die economie altijd als een saaie wetenschap voor kantoorpikken zag.
Een reactie posten
<< Home