29 januari 2007

Kleuter doodgebeten door vrouw met boerka

Als dat het afgelopen jaar nou een paar keer in de krant had gestaan, dan had ik waarschijnlijk wel gevonden dat het maar eens afgelopen moest zijn met die boerkadragende moslima’s. Maar blijkbaar zijn moslimmannen betere baasjes dan de gemiddelde autochtone hondenbezitter.

Terwijl boerkadraagsters weinig anders doen dan voor paal lopen, worden jaarlijks zo’n 30.000 mensen – vooral kinderen – gebeten door een hond. Dat ik honden enger vind dan moslima’s met een boerka ligt dus niet aan mijn kleinzielige kinofobie, of aan het feit dat ik sinds een jaar of twintig niet meer bang ben voor mensen met een laken over hun hoofd, maar aan de statistieken. Honden zijn gewoon aantoonbaar gevaarlijker dan boerka’s.

Maar roept iemand al moord en brand? Zijn er al politieke partijen die met de vuist op tafel slaan? Dat het zo niet langer kan? Dat mensen bijten, in de openbare ruimte schijten en pissen, stinken, kwijlen en in het openbaar aan elkaars kruis ruiken dingen zijn die niet passen in de westerse samenleving?

Nee hoor, we lopen liever te sjmieren over die paar puberende moslimmeisjes die zich graag als spook verkleden. Verboden moet het worden, want het is onaangepast en eng en gevaarlijk en, nog wel het mooiste argument, een teken van onderdrukking. Alsof vrijheid betekent dat anderen voor je bepalen dat je onderdrukt wordt. Alsof zelfs moslima’s die met grote tegenzin een boerka dragen zitten te wachten op een overheid die ze komt ontzetten.

Nee, natuurlijk niet, maar het boerkaverbod draait dan ook niet om aanpassing of emancipatie van de moslimgemeenschap.

Decennialang betekende tolerantie in Nederland dat we gewoon negeerden wat we niet wilden zien. Maar ineens was er Pim, en vonden we het een goed idee om hardop te zeggen wat er allemaal niet deugde. Dat was het ook, maar niet iedereen was voorbereid op de gevolgen: als je stopt met negeren wat je niet bevalt, worden de dingen immens veel complexer dan ze waren.

En nu hebben mensen spijt, en willen ze hun overzichtelijke koude kikkerlandje terug. Niet goedschiks, dan kwaadschiks. Dat, en dat alleen, is de reden voor het boerkaverbod.