17 oktober 2004

Google

Toen internet net hip was, zocht je naar dingen. Tegenwoordig Google je als je iets wilt weten. Twee nerds starten een bedrijfje in een garage waar ze harde schijven in stellages van technisch lego hebben hangen, en een paar jaar later is het uitgegroeid tot een succesvolle multinational. Het is de ultieme American dream.

Dingen veranderen, op internet doen ze dat zelfs vaak erg snel, maar voorlopig ziet de toekomst er rooskleurig uit voor de zoekmachine. Concurrentie bestaat, maar vormt geen serieuze bedreiging voor Googles hegemonie. De aandelen zijn populair en de ideeën vliegen je om de oren. Naast Blogspot.com, eigendom van Google, is er Google News en G-Mail (een mailservice) en nu is er de Google Desktop.Dat is een programma dat gebruikers op een heel slimme manier in staat stelt hun eigen computer te doorzoeken.

Dat klinkt allemaal geweldig, maar ik vraag me af of de mensen achter Google niet bezig zijn zichzelf in hun enthousiasme heel hard in de vingers te snijden.

Er begint al gemor te klinken: bij G-Mail zit een zoekfunctie, en de Google Desktop maakt verbinding met internet. Zou Google wel net zo zuinig zijn op de privacy van gebruikers als op z'n zoekresultaten? Ik denk van wel, maar het zouden zomaar de eerste barstjes in het grote Google-bolwerk kunnen zijn. Omdat het wel heel hard aan het groeien is, omdat het tegenwoordig niet alleen aan de gebruikers moet denken maar ook aan de aandeelhouders, maar vooral omdat het zich steeds duidelijker gaat profileren als een groot bedrijf. Iedere nieuwe ontwikkeling in de internetwereld wordt in gang gezet door nerds, en als nerds ergens een hekel aan hebben, dan zijn het wel grote bedrijven die zich profileren als grote bedrijven.

Veranderingen kunnen heel snel gaan op internet, en als je even vergeet wat de reden van je succes is kun je zomaar de lul zijn. Multinational of niet. Ik voorspel dat Google binnen een jaar last krijgt van echte, gevaarlijke concurrentie. En als het daar niet goed op inspeelt, dat mensen over vijf jaar niet eens meer weten waar dat woord ook alweer voor stond.