Dagboek van een persvoorlichter, deel II
Lief dagboek,
Mijn weekend was weer veel te kort – slechts vier dagen. Ik blijk een voicemail te hebben, ontdekte ik vandaag. Hij stond vol met journalisten die vroegen of ik ze wilde terugbellen. Amateurs! Die overbodige functie heb ik maar snel uitgeschakeld.
Vandaag werd ik gebeld door een journalist die voor één of andere reportage een foto in een van onze filialen wilde nemen. Uiteraard mogen onze filiaalmanagers daar niet zelf over beslissen, die verantwoordelijkheid kunnen ze niet aan. Ik heb hem uitgelegd dat ons beleid heel eenvoudig is: wie een foto wil nemen van de linkerkant van onze winkel, moet toestemming vragen aan meneer Pietersen. De rechterkant van de winkel valt onder meneer Jansen, en de kassa’s onder mevrouw De Vries. Dit leek hij erg vreemd te vinden.
Na een korte aarzeling vroeg hij of hij dan meneer Jansen kon spreken. Ik heb hem doorgeschakeld naar het zoontje van meneer Jansen – kan die ook eens lachen.
Ik hoorde van de baas dat we dit weekend in het nieuws zijn geweest met onze organisatie. Iets dat hier al tijden aan de gang is, is volgens die kutjournalisten blijkbaar nieuwswaardig. Of ik dat niet doorhad, en waarom ik er niet vorige week al een persbericht over had geschreven. Natuurlijk had ik dat door – ik heb niet voor niets de School voor Journalistiek doorlopen met een dikke zes als eindcijfer! Ik vind het echter al erg genoeg dat journalisten op ons af komen zonder dat ik persberichten stuur.
Oeps, het is alweer lunchtijd! Alles wat ik nu nog schrijf gaat van de schamele twee uur die ik daarvoor heb af, dus ik schrijf een andere keer verder.
Mijn weekend was weer veel te kort – slechts vier dagen. Ik blijk een voicemail te hebben, ontdekte ik vandaag. Hij stond vol met journalisten die vroegen of ik ze wilde terugbellen. Amateurs! Die overbodige functie heb ik maar snel uitgeschakeld.
Vandaag werd ik gebeld door een journalist die voor één of andere reportage een foto in een van onze filialen wilde nemen. Uiteraard mogen onze filiaalmanagers daar niet zelf over beslissen, die verantwoordelijkheid kunnen ze niet aan. Ik heb hem uitgelegd dat ons beleid heel eenvoudig is: wie een foto wil nemen van de linkerkant van onze winkel, moet toestemming vragen aan meneer Pietersen. De rechterkant van de winkel valt onder meneer Jansen, en de kassa’s onder mevrouw De Vries. Dit leek hij erg vreemd te vinden.
Na een korte aarzeling vroeg hij of hij dan meneer Jansen kon spreken. Ik heb hem doorgeschakeld naar het zoontje van meneer Jansen – kan die ook eens lachen.
Ik hoorde van de baas dat we dit weekend in het nieuws zijn geweest met onze organisatie. Iets dat hier al tijden aan de gang is, is volgens die kutjournalisten blijkbaar nieuwswaardig. Of ik dat niet doorhad, en waarom ik er niet vorige week al een persbericht over had geschreven. Natuurlijk had ik dat door – ik heb niet voor niets de School voor Journalistiek doorlopen met een dikke zes als eindcijfer! Ik vind het echter al erg genoeg dat journalisten op ons af komen zonder dat ik persberichten stuur.
Oeps, het is alweer lunchtijd! Alles wat ik nu nog schrijf gaat van de schamele twee uur die ik daarvoor heb af, dus ik schrijf een andere keer verder.
1 Reacties:
Je bent erger dan een ambtenaar..
Een reactie posten
<< Home